Bomen en begroeiing staan niet op zich. Ze hebben effect op ander groen, dieren en mensen en dat vaak op manieren die niet met het blote oog te zien zijn. Groencompensatie is daarom een ingewikkelde puzzel, waarbij je rekening moet houden met allerlei aspecten. In het geval van de RijnlandRoute gaat het om de beperkte ruimte in het projectgebied, het belang van open weides, het veranderende klimaat en de ecologische waarde van nieuwe aanplant. Ondanks al deze uitdagingen gaat de RijnlandRoute voor volledige groencompensatie. Niet alleen omdat het wettelijk verplicht is, maar nog belangrijker omdat het in het belang is van natuur, mens en dier.

Op het eerste oog bieden de weides rondom Leiden alle ruimte om nieuwe bomen aan te planten. Ze vormen echter het leefgebied van weidevogels. Als je daar bomen plant, maak je het roofvogels erg gemakkelijk de weidevogelnesten leeg te roven, omdat ze vanuit een boom gemakkelijker hun prooi kunnen afwachten dan vanuit de lucht. Bovendien tast je er het landschap mee aan, dat voor een deel een bijzondere status heeft als provinciaal kroonjuweel. Conclusie: groencompensatie is hier niet mogelijk. Landschapsarchitect voor de provincie Zuid-Holland Sjoukje van Heesch ziet dit als de grootste uitdaging in het streven om bomen terug te planten. “De ruimte is beperkt. Daarom zijn we op zoek naar andere plekken.” Dat moet ook wel, want groencompensatie is wettelijk verplicht op basis van gemeentelijke regelgeving en de Wet Natuurbescherming. De RijnlandRoute voert hierover nauw overleg met diverse partijen, zoals de gemeente Leiden, aannemer COMOL5, de Bomenbond Rijnland en de bewoners van de Wijkraad Stevenshof en ‘Vrienden van Vlietland’.

Ecologische waarde

Het gebrek aan ruimte is niet de enige beperking, legt Roelant Jonker uit. Hij is Adviseur Ecologie en Bomen bij de gemeente Leiden. “Aan de ene kant willen wij als gemeente stevige groencompensatie op ons grondgebied. Aan de andere kant moeten nieuwe bomen geen verstoring opleveren. Dan heb ik het over de weidevogels, maar bijvoorbeeld ook over biologische activiteit in sloten en bermen. Als we daar teveel nieuwe bomen planten, komt er te weinig zonlicht en krijgen waterdieren, planten en insecten het moeilijk. Daarnaast moeten de bomen ecologische waarde hebben en toekomstbestendig zijn.” Dat laatste betekent dat de nieuwe aanplant bestand moet zijn tegen klimaatverandering. Na de extreem droge zomer van 2018 is daarom het compensatieplan aangepast. Er komen nu meer boomsoorten op de taluds van de A44 die bestand zijn tegen droogte. En wat bedoelt Roelant met ecologische waarde? “Dat gaat over de relatie van bomen met andere levende organismen; insecten, dieren maar ook andere bomen.” Om van dat laatste een voorbeeld te geven: de berk en de grove den voeden elkaar ondergronds via schimmels. Dus die twee boomsoorten vormen een goede combinatie. “Het gaat om schuilgelegenheid en voedsel”, vat Sjoukje samen. “Daarom planten we ook bomen en struiken met bloesem en bessen. Dat levert direct voeding op voor vogels en insecten.

Buiten het projectgebied

De keuze voor de juiste boomsoorten luistert dus nauw. Dan rest nog altijd de vraag: waar is ruimte om ze te planten? “We zoeken zoveel mogelijk naar plek binnen het projectgebied. Maar als dat echt niet lukt, kijken we naar andere nabijgelegen plekken in de provincie. Zo zijn we in Wassenaar bezig in het gebied tussen de bebouwde kom en de duinen. Daar gaan we bomenlanen herstellen. Dat is niet alleen mooi, maar het vormt ook meteen een vliegroute voor vleermuizen.

Binnen het gebied van de RijnlandRoute beoordelen verschillende instanties of de groencompensatie goed is. Binnen de bebouwde kom zijn dat de betreffende gemeenten, langs provinciale wegen is dat de Omgevingsdienst en langs rijkswegen is het RVO (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland).

De juiste boom op de juiste plek

Als de locaties voor groencompensatie gevonden zijn en de juiste boom- en plantensoorten zijn uitgekozen, kan de aanplant plaatsvinden. Aannemer COMOL5 schakelt hiervoor een gespecialiseerd hoveniersbedrijf in. Er vindt bodemverbetering plaats, door grond aan te brengen met voldoende voedingswaarde. De hovenier moet vervolgens heel precies te werk gaan. Roelant: “Niet elke boom past op elke plek. Bij een talud heb je bijvoorbeeld beneden bij de sloot veel grondwater, maar bovenaan is de grond een stuk droger. De els doet het goed aan de waterkant terwijl de beuk en de eik het prima doen op drogere plekken. Wij hebben gekozen voor een breed assortiment aan bomen, met het verzoek aan de hovenier om ze op de juiste plekken te planten.” Dat moet ook wel, want na drie jaar moet de beplanting zijn aangeslagen. Zo niet, dan moet alles weer vervangen worden. Daarom is na het aanplanten de nazorg van groot belang. Er zal geschoffeld moeten worden om de jonge bomen te beschermen tegen onkruid. Dat heeft weer tot gevolg dat de bomen in het begin toegankelijk moeten blijven voor hoveniers. Deze onderhoudsstroken mogen pas na die eerste drie jaar van extra zorg dichtgroeien.

Toekomstbestendig groen

De RijnlandRoute is een zeer groot infraproject. Dat betekent dat ook de groencompensatie om een enorme inspanning vraagt, inclusief het aanplanten van nieuw groen. Ondanks alle uitdagingen zetten we in op volledige compensatie. Hoe bijzonder is dat? Sjoukje: “Ik vind dit eerder vanzelfsprekend. We hebben in Nederland weinig bos. Dan het is logisch dat we ons stinkende best doen om hier zoveel mogelijk bomen terug te planten.” Roelant: “We kunnen het resultaat van de groencompensatie met vertrouwen tegemoetzien. Vanwege het veranderende klimaat en grotere droogte hebben we gekozen voor toekomstbestendige boomsoorten. Dat geeft een goed gevoel.

Tot slot de hamvraag: worden er nou evenveel bomen aangeplant als dat er gekapt zijn? Sjoukje: “Als je op dit moment naar de hoeveelheden kijkt, zijn we er nog niet. Dus gaat het zoeken naar andere plekken door. We zetten hierbij in op volledige compensatie. Daarom hebben we ook al buiten de projectgrens aangeplant, en zoeken we in een steeds groter gebied, waar we bos kunnen aanplanten dat ecologisch, landschappelijk en recreatief van waarde zal zijn.” Roelant: “Ook de kwaliteit van het groen en de ecologie telt mee. Er wordt royaal aangeplant, met hoge ecologische waarde en met respect voor dit unieke landschap. Qua diversiteit en inpassing in het landschap voegen we natuur toe waar we trots op kunnen zijn en waar we lang plezier van zullen hebben.

Groen langs de RijnlandRoute

De RijnlandRoute gaat door een aantal bijzondere landschappen met waardevolle natuur. Om die reden is er extra aandacht voor de inrichting van het landschap rondom de nieuwe infrastructuur en herstellen van natuurwaarden: behouden wat kan, herstel waar het groen verdwenen is en waar mogelijk zelfs de situatie voor flora en fauna verbeteren. Kijk voor meer informatie over de landschappelijke inpassing van de RijnlandRoute op de pagina flora.