Het laat­ste stuk­je van de Cor­bu­lo­tun­nel is in sep­tem­ber 2020 geboord. Maar het duurt nog tot medio 2023 voor­dat we er door­heen kun­nen rij­den. Wat gebeurt er in de tus­sen­tijd? Heel veel! Zoals het instal­le­ren van de tun­nel tech­ni­sche instal­la­ties (TTI): ver­keers­lich­ten, matrix­bor­den, nood­sys­te­men, ven­ti­la­tie, ver­lich­ting, enzo­voort. Een serie arti­ke­len licht er een paar bij­zon­de­re onder­de­len uit. Piet Jan­sen, pro­ject­lei­der TTI van de pro­vin­cie Zuid-Hol­land, ver­richt de aftrap.

Hij heeft al 17 jaar erva­ring met tun­nels en tun­nel­tech­ni­sche instal­la­ties. Zo was Piet onder meer betrok­ken bij de bouw van de TTI van de vijf tun­nels in de Betu­we­rou­te en de tun­nel van het nieu­we onder­grond­se sta­ti­on in Delft. In 2015 ging hij aan de slag met de con­tract­voor­be­rei­ding van de Cor­bu­lo­tun­nel, in de N434 van de RijnlandRoute.

Je hebt al veel tun­nels en hun tech­ni­sche instal­la­ties gezien. Wat maakt die van de Cor­bu­lo­tun­nel bijzonder?

Op zich zijn deze TTI niet com­plex. Maar het zijn er wel heel veel: 54 deel­in­stal­la­ties. En die lig­gen gedeel­te­lijk in de ver­diep­te lig­ging van de tun­nel. Boven­dien bestaat elke deel­in­stal­la­tie weer uit meer­de­re onder­de­len. Zo han­gen er straks onge­veer 120 camera’s in de tun­nel en 100 nood­te­le­foons. Ver­der heb­ben we het ont­werp voor de bedie­ning van­af het begin gericht op de eind­si­tu­a­tie: bedie­ning van­uit de Ver­keers­cen­tra­le Rhoon. Daar­mee is veel extra werk voor­ko­men. Daar­naast zijn er diver­se par­tij­en bij betrok­ken, voor wie een tun­nel bij zo’n pro­ject als dit nieuw is: de pro­vin­cie Zuid-Hol­land, de gemeen­te Lei­den en de Vei­lig­heids­re­gio Hollands-Midden.”

Alle instal­la­ties zijn in een gro­te hal bij aan­ne­mers­com­bi­na­tie Comol5 in Eind­ho­ven al getest. Ook het bedie­nen van­uit de ver­keers­cen­tra­le in Rhoon is al uit­ge­pro­beerd. Kun je het geheel nu zo de tun­nel inschuiven?

Inder­daad is het een soort ‘plug & play’. Natuur­lijk moet er nog wel goed geke­ken wor­den of alles ook echt werkt als het een­maal in de tun­nel hangt. En een aan­tal fysie­ke tes­ten kun­nen pas gedaan wor­den in de tun­nel, zoals de meting van de ver­lich­tings­sterk­te en de lucht­snel­heid van de ven­ti­la­to­ren. Maar het meren­deel van het func­ti­o­ne­le test­werk is inder­daad al gereed.”

Is dat bij­zon­der, om het zo te doen?

Bij de spoor­tun­nel in Delft is ook alles voor­af getest. Die ken­nis heb ik mee­ge­no­men naar dit pro­ject. Maar toen test­ten we alles als los­se onder­de­len. Nu heeft Comol5 ook de tech­ni­sche ruim­tes al vol­le­dig gemaakt. Daar zijn de com­po­nen­ten ver­vol­gens in gemon­teerd. Die hoe­ven we niet meer uit elkaar te halen. We bren­gen die ruim­tes als kant-en-kla­re modu­les naar de dienst­ge­bou­wen van de tun­nel. Daar kun­nen ze zo geplaatst worden.”

Als de tun­nel half 2023 open­gaat voor het ver­keer, waar zul je dan trots op zijn?

Ik hoop dat dan blijkt dat onze aan­pak ervoor heeft gezorgd dat er wei­nig sores zijn geweest. En dat de tun­nel mede daar­door vol­gens plan­ning open is gegaan. Nor­maal gespro­ken test je alle instal­la­ties voor het eerst als ze in de tun­nel han­gen. Dan komen alle pro­ble­men pas op een laat moment boven water, wat vaak ver­tra­ging tot gevolg heeft. Nu zijn veel pro­ble­men al vroeg­tij­dig opge­lost. Een en ander ging gemak­ke­lijk. Want in de test­hal had­den we alle instal­la­ties dicht bij elkaar staan. Dat maakt het zoe­ken naar een sto­ring rede­lijk een­vou­dig. In de Cor­bu­lo­tun­nel moet je daar­voor in het slecht­ste geval 2,5 kilo­me­ter ver­der­op zijn. Dat had een hoop extra tijd gekost!”

Ver­der lezen?

Dit inter­view is onder­deel van een reeks inter­views over de tun­nel­tech­niek bij de Rijn­land­Rou­te. Lees alle inter­views in het boek­je ‘Ploe­gen­tijd­rit in tun­nel­tech­niek’.