De bedie­ning van de Cor­bu­lo­tun­nel bij Lei­den vindt plaats van­uit de Ver­keers­cen­tra­le Rhoon bij Rot­ter­dam. Logisch, vindt Bert ’t Hart van Rijks­wa­ter­staat. Een ver­haal over 60 á 70 weg­ver­keers­lei­ders, die de tun­nel van de Rijn­land­Rou­te en nog 11 ande­re tun­nels en 13 brug­gen, vol­con­ti­nu in de gaten hou­den en bedienen.

Ope­ra­ti­o­neel Tran­si­tiema­na­ger Bert coör­di­neert en bege­leidt de werk­zaam­he­den die nodig zijn om de bedie­ning van de Cor­bu­lo­tun­nel (en de rest van de Rijn­land­Rou­te) op te nemen in de Ver­keers­cen­tra­le Rhoon. Het­zelf­de doet hij voor de pro­jec­ten A16-Rot­ter­dam en de Blan­ken­burg­ver­bin­ding.

Rhoon ligt onge­veer 50 kilo­me­ter van de Cor­bu­lo­tun­nel van­daan. Is het niet gek om de tun­nel op zo’n gro­te afstand te bedienen?

Het is eigen­lijk best logisch. De Ver­keers­cen­tra­le Rhoon doet ook het ver­keers­ma­na­ge­ment van het gebied rond­om Den Haag, inclu­sief het Syt­wen­de-tra­cé met de Vliet-, Park- en Spoor­tun­nel . Als dat tra­cé gestremd zou raken, lei­den we het ver­keer straks om via de Cor­bu­lo­tun­nel. En vice ver­sa. Dus het is juist han­dig als dat alle­maal van­uit één cen­tra­le geco­ör­di­neerd wordt. In Rhoon heb­ben we het com­ple­te plaat­je, van heel Zuid­west-Neder­land trouwens.”

Wat is er voor nodig om van­uit Rhoon de Cor­bu­lo­tun­nel te bedienen?

Voor­al een hele goe­de ver­bin­ding. De tun­nel­tech­ni­sche instal­la­ties zijn aan­ge­slo­ten in het dienst­ge­bouw bij de tun­nel. Van daar­uit zijn ze via het glas­ve­zel­net­werk van Rijks­wa­ter­staat ver­bon­den met de Ver­keers­cen­tra­le Rhoon. Dat noe­men we de ‘back­bo­ne’. Dat is een zeer betrouw­ba­re ver­bin­ding, met een twee­de ring als back-up. Het geheel wordt onder­hou­den door de gespe­ci­a­li­seer­de ICT-orga­ni­sa­tie van Rijks­wa­ter­staat. Mocht er dan toch iets mis gaan met de ‘back­bo­ne’, dan kun­nen we de Cor­bu­lo­tun­nel altijd nog bedie­nen van­uit het dienst­ge­bouw ter plek­ke. Dus dat vormt in fei­te de twee­de back-up.”

Dat is de tech­niek. Komen er ook nog men­sen aan te pas?

In de Ver­keers­cen­tra­le Rhoon wer­ken 60 á 70 weg­ver­keers­lei­ders. In drie ploe­gen­dien­sten bemen­sen zij 24/​7 onze 17 bedien­desks, waar­van 1 desk bestemd is voor oplei­ding en trai­ning. Per dienst zijn er 10 tot 15 weg­ver­keers­lei­ders aan­we­zig. Zij rege­len het ver­keer op de rijks­we­gen in de regio, en van een enke­le pro­vin­ci­a­le ver­bin­ding zoals de Rijn­land­Rou­te. Bij weg­werk­zaam­he­den, files en ver­keers­in­ci­den­ten kun­nen zij wegen laten afzet­ten, spits­stro­ken open­stel­len, ver­keer omlei­den en weg­ge­brui­kers infor­me­ren via infor­ma­tie­pa­ne­len boven de weg.”

Bediendesk Verkeerscentrale Rhoon

Bedien­desk Ver­keers­cen­tra­le Rhoon bij tes­ten in Eindhoven

En zij bedie­nen dus ook de Cor­bu­lo­tun­nel. Hoe gaat dat in zijn werk?

De weg­ver­keers­lei­der zit ach­ter een groot scherm en ziet dank­zij de vele camera’s in de tun­nel hoe de ver­keers­si­tu­a­tie is. Als er een rela­tief klein inci­dent is, bij­voor­beeld wan­neer een vracht­wa­gen lading ver­liest, kan hij hand­ma­tig een rij­strook afslui­ten. Of des­noods de hele tun­nel­buis. Maar hij kan ook een sein­tje krij­gen van SOS, het Snel­heids­On­der­schrij­dings­sys­teem. Als er bij­voor­beeld een auto tot stil­stand komt in de tun­nel, geeft dit sys­teem een mel­ding. Hier­door wordt de dichtst­bij­zijn­de came­ra opge­scha­keld, waar­mee de weg­ver­keers­lei­der ziet wat er aan de hand is. Ook dan kan hij ingrij­pen en een rij­strook afsluiten.”

Bedienapplicatie RijnlandRoute

Bedien­ap­pli­ca­tie RijnlandRoute

En als er een groot inci­dent is?

Dan drukt de weg­ver­keers­lei­der op de cala­mi­tei­ten­knop. Daar­mee wordt de tun­nel afge­slo­ten, tre­den alle nood­sys­te­men in wer­king en wor­den de hulp­dien­sten geïnformeerd .”

Als het goed is komen inci­den­ten niet of zel­den voor. Hoe blij­ven de weg­ver­keers­lei­ders alert tij­dens hun nacht­dienst als ze naar een scherm sta­ren waar­op niets gebeurt?

In de eer­ste plaats zijn zij erop getraind om met die situ­a­tie om te gaan. Daar­naast zijn er voor­zie­nin­gen in de bedien­zaal zelf, zoals een kof­fie­ta­fel. En ze zit­ten er met een ploeg­je collega’s met wie ze gesprek­ken voe­ren. Die hou­den elkaar echt wel alert.”

Vind jij dit een leuk project?

Ster­ker nog, ik vind het een voor­beeld­pro­ject. De nau­we samen­wer­king met opdracht­ge­ver Pro­vin­cie Zuid-Hol­land en aan­ne­mer COMOL5 is bij­zon­der goed. We vor­men één team. Mooi is ook dat wij al van­af 2015 bij het pro­ject betrok­ken zijn. De ver­bin­ding tus­sen onze cen­tra­le en de tun­nel­tech­ni­sche instal­la­ties is al gelegd. We heb­ben de bestu­ring en alle sys­te­men uit­ge­breid kun­nen tes­ten. Ook de oplei­dingstra­jec­ten staan op de rails. Wij heb­ben de tun­nel al bediend. Dus nu, ruim voor­dat hij open gaat, weten we pre­cies hoe alles werkt. Dat maakt de open­stel­ling straks een stuk eenvoudiger.”

Ver­der lezen?

Dit inter­view is onder­deel van een reeks inter­views over de tun­nel­tech­niek bij de Rijn­land­Rou­te. Lees alle inter­views in het boek­je ‘Ploe­gen­tijd­rit in tun­nel­tech­niek’.